Olympia's toer

25 september 2019 - Igoumenítsa, Griekenland

Hadden we gisteravond nog een prachtige zonsondergang, vandaag  -  de dag dat we Olympia gaan bezoeken  -  hebben we stortregen. Dat is een minder plezierige planning. Maar de realiteit laat zich nu eenmaal niet dwingen.

De bedoeling was eigenlijk om vanmorgen de tent af te breken, dan naar Olympia te gaan, en van daaruit door te reizen. Maar de weersvoorspellingen waren dat het al 's morgens om zes uur zou gaan regenen. Dus hadden we dit plan bijgesteld, in de zin dat we wél naar deze historische attractie zouden gaan, maar de tent laten staan en ons vertrek dus een dagje opschuiven.

Maar ja, het blijven natuurlijk wel de Griekse weersvoorspellingen. Ze hebben hier geen Gerrit Hiemstra en Piet Paulusma. En dat scheelt. We worden om half acht wakker en het heeft nog steeds niet geregend. Met een scheef oog kijken we elkaar aan. Gokken? Doen of laten doen?

Het is echt gokken. Want als de binnentent opgeruimd is, en het gaat dán plenzen, dan kun je alles weer overnieuw uitpakken. Het kan nog erger. Dat is als het gaat plenzen als we net de grote tent afbreken. Dan is het leed niet te overzien.

Eh ja. We gaan ervoor! We sprinten het bed uit, trekken het hoogstnoodzakelijke aan, en zetten de machinerie in werking. Die machine, dat zijn we zelf. We hebben inmiddels zo'n routine opgebouwd met het afbreken van onze tent, dat we dan een soort Clockwork Orange zijn geworden. Een uitermate efficiënte Speedy Gonzales.

Er hoeft niets meer gezegd, we weten allebei wat er op welk moment dient te gebeuren om zo snel mogelijk ons kampement opgeruimd in de auto te krijgen. We gaan als een speer, en we eindigen de scene met een high five als alles droog veilig gesteld is. 

Op het strand zien we het noodweer naderen.

20190924_083119

En even later barst de bui inderdaad los. Nou ja, big deal. Wij gaan nog lekker even op ons gemak ons verder aankleden, ons opknappen, en overdekt ontbijten. Het zal onze tijd wel duren.

De berg Olympia is niet in de eerste plaats de berg van de Olympische Spelen. Het is feitelijk de hoogheilige residentie van de Griekse Oppergod Zeus. Dus de belangrijkste religieuze plek van de Klassieke Grieken.

20190924_105332

Zeus regeert van daaruit met harde hand. En vandaag is hij duidelijk niet in een goede mood. Want de donderbui waarop wij getrakteerd worden als we bij Olympia aankomen, is ongeëvenaard. Daar kunnen de Germaanse Wodan en Donar absoluut niet tegenop.

20190924_10341020190925_12415020190924_103400

Het water gutst echt met bakken uit de lucht. Bovendien is er elke drie seconden een bliksemflits. En dan niet zo'n Hollandse. Nee, het ziet uit alsof er iemand vlak naast je een flitsfoto maakt. Alleen de donder houdt gelijke tred met wat we in Nederland ook gewend zijn.

Wij hebben voor dit soort evenementen onze regenponcho's. Want wij kunnen het ons nu eenmaal niet permitteren om ons aan Zeus iets gelegen te laten liggen. Maar we willen hem ook niet tarten. Dus beginnen we eerst met een bezoek aan het museum.

Daarin blijkt dat er al vanaf 4000 jaar voor Christus voorwerpen in de grond zitten die er op duiden dat deze plek een religieus centrum was.

20190924_104258

Verder wordt vooral duidelijk hoeveel macht er vroeger aan Zeus werd toegeschreven. Want elke koning of keizer die een veldslag had gewonnen, vond het nodig om hem daarvoor te bedanken door het bouwen van een tempel of het optrekken van een standbeeld. Van de overwinnaar, wel te verstaan. Want wij mogen soms denken dat er tegenwoordig in onze maatschappij grote ego's rondlopen, vroeger kon men er zeker ook wat van.

Het gevolg is dus dat de berg Olympia bezaaid is, met tempels, zuilen en standbeelden, althans de restanten daarvan.

20190924_11012320190924_18360420190924_10542520190924_10515220190924_104853

20190924_183434

Nou ja, van 4000 voor Christus tot 400 jaar erna, is natuurlijk ook een hele tijd. Dus daarin kon er wel iets gebouwd worden. Zoetermeer is in 50 jaar tijd veranderd van een dorp van 4000 inwoners tot een betonstad van tegen de 200.000 bewoners. En 50 jaar is natuurlijk slechts een peulenschil vergeleken met de 4500 jaar van Olympus.

Het altaar van Zeus, waarop geofferd kon worden, moet er als volgt uitgezien hebben:

20190924_104535

Overigens waren het een paar achtereenvolgende Romeinse keizers omstreeks 400 tot 600 na Christus, die vonden dat het maar eens afgelopen moest zijn met die heidense cultussen. Zij hebben ervoor gezorgd dat er daar geen religie meer werd gepractiseerd. Zodoende raakte het hele complex in verval en resteren nu slechts de ruïnes .....

Tja, na het museumbezoek is de toorn van Zeus nog steeds niet gekoeld. En we willen in ieder geval nog het sportterrein bezoeken waar de Olympische Spelen werden gehouden.

Overigens leren we in het museum dat de Olympische Spelen natuurlijk ook gehouden werden om Zeus te behagen. Om hem mild te stemmen, werden er op de vierde dag van elke Spelen altijd maar liefst 100 ossen geslacht.

De Olympische Spelen  gebeurden overigens pas vanaf 600 voor Christus tot 400 erna, dus in totaal zo'n duizend jaren.

20190924_102959

20190924_103005

Wij trekken onze regenponcho's aan, en gaan er op uit. We zijn de enigen. De andere toeristen houden kennelijk wat minder van overvloedige nattigheid.

We bekijken de athletiek-arena

20190924_112520

en de poort waardoor de gladiatoren dit  terrein opkwamen. 

20190924_112739

Verder zien we hier en daar de restanten van vroegere gebouwen

20190924_111754

en de plaats waar de eeuwige vlam brandt als hij wordt doorgegeven aan fakkeldragers die in estafetteloop het vuur wordt ontstoken. "Nee, vandaag regent het", zegt een gids. "Dan brandt hij natuurlijk niet.   ????   Hoezo, eeuwige vlam?

20190924_111940

En nu we toch de enigen zijn op het sportveld, besluiten we nog even een paar postolympische spelen te beoefenen, in de wetenschap dat dit ons feitelijk alsnog het recht geeft op olympische medailles. 

Zo wint Dorine het 100 meter Pijpen Stelen, en ik het 60 meter Bliksem Flitsen. De 80 meter Donder Buien lassen we af. We zijn te nat en willen onderhand warme koffie en een stokbrood met ham en tomaat. Nee, het valt niet altijd mee om olympisch atleet te zijn.

De middag gebruiken we om meters te maken. 300 kilometers om precies te zijn.

20190924_161223

Maar dan zitten we ook op een heerlijke camping aan zee  -  Kalami Beach Camping in Igonoumitsa  -  waar Zeus geen invloed op uitoefent.

20190924_18163120190925_12405820190925_121425

Foto’s