Archeologie

11 juli 2016 - Trujillo, Peru

Toen we in 2004 door het zuiden van Peru reisden, werden wij gebiologeerd door de overblijfselen van de Inca cultuur. Het leek ons toen erg de moeite waard om ook in het noorden eens te verkennen wat er aan restanten van vroegere beschavingen te vinden was. Nu hebben we de kans om dat te gaan doen.

Rondom Trujillo is daar al veel van te vinden. En we hebben er dan ook twee dagen aan besteed. Het zijn hier  echter niet zozeer de Inca ’s  die hier hun merktekens  hebben liggen. Wat  we tegenkwamen betrof de cultuur van de Moche (2e tot de 9e eeuw na Chr.) en van de Chimu (9e - 15e eeuw na Chr.). De Inca’s  kwamen pas daarna.
We hebben zes verschillende archeologische sites bezocht. Eerst het complex El Brujo.

Vervolgens naar Arco de Iris. 

En zo naar nog twee andere. Feitelijk komen ze allemaal op hetzelfde neer: Een tempel annex graftombe uit vroegere tijden die is opgegraven en bloot gelegd. 

Twee sites steken er duidelijk bovenuit. De bekendste, grootste en ook de meest interessante is die van Chan Chan. Chan betekent in de oude Moche-taal “Zon”. En Chan Chan is dan Veel Zon. Grappig. We kennen dit van het Maleis, waar je ook meervoud creëert door het woord te herhalen. Maar het heeft in onze oren ook iets van de kleuterlogica Een Twee Veel.

Onze gids vertelde dat er wel meer voorbeelden zijn van woorden van de oorspronkelijke bewoners die in onze taal terecht gekomen zijn. Hij noemde het voorbeeld van Yucatan, het grote Mexicaanse schiereiland. Toen de Spaanse veroveraar Alberto Pizarro daar op een van zijn latere reizen voet aan wal zette, hoopte hij in de buurt van Mexico-stad te zijn geland. Maar dat bleek niet het geval. Dus vroeg hij aan een inboorling hoe dit gebied heette. Die zei daarop “ Yucatan ”. Hetgeen in zijn taal betekende “Ik weet het niet”.

Terug naar Chan Chan.  Dit is een enorm complex van 20 km2 groot. Het is gelegen op een vruchtbaar stuk grond  (landbouw) vlakbij de zee (visvangst). Dus een logische plek om te settelen. Van hieruit heersten de Moche over de hele kuststreek van Lima tot Ecuador. Een gebied van zo’n 1000 km lang. 

Dorine kreeg er een bijna mystieke ervaring. Ze “zag “ in een straat de mensen van die tijd lopen en “hoorde” hun geluiden. Het was dan ook een indrukwekkend geheel dat erg uitnodigde om er je fantasie op los te laten. 

Het is ons wel de duidelijk dat van alles wat daar te ontdekken valt, er nog geen 10% bekend is. We hebben dan ook letterlijk het gevoel dat we op gewijde grond lopen.
Omdat het bouwmateriaal van die tijd Adobe was,  -  een soort ingeklonken modder  -  zijn alle blootgelegde velden overkapt met een soort bamboe constructie. Voor het zicht is dat wel jammer, maar we beseffen dat dat moeilijk op een andere manier kan, omdat regen en wind anders vrij spel hebben. 

Wat ons erg opvalt, is dat het leven van de mensen in die tijd volkomen draait rond de basiselementen. Hun leven en werken, maar ook hun religie, riten en symbolen gaan over zon, zee, aarde, vuur, water, wind en de goden.   

Het tweede complex dat ook veel indruk op ons maakt, is dat van de Twee Tempels van de Zon en de Maan. Twee enorme bouwwerken, waarbij de Tempel van de Zon in gebruik was door de administratief-organisatorische machten, terwijl de Tempel van de Maan het centrum was van de religie. Tussen deze twee enorme bouwwerken was een stad gebouwd waar zo’n 7000 mensen woonden. Van de stad was echter niets meer over. Verwoest door een overstroming van de zee.

 De priesters en tovenaars die in de Tempel van de Maan aan het roer stonden, heersten ook over de totale samenleving. Zij waren namelijk als enigen in staat om de Goddelijke krachten door middel riten en symbolen te bezweren en in toom te houden. Dat was de leiders van de Zonnetempel een doorn in het oog, maar het was nou eenmaal niet anders. Totdat de effecten van El Niño toesloegen. Het natuurgeweld en gebrek aan vis dat daarmee gepaard ging, zaaide twijfel aan de kunde van de priesters om hun goddelijke relaties goed  te houden. Daardoor taande de priesterlijke macht en namen de burgelijken die over. 

Ach, interessante en boeiende verhalen genoeg. Maar er wordt ook wel erg veel aan je eigen fantasie over gelaten. Wij zouden een iets concretere verbeelding van onze fantasieën wel plezierig hebben gevonden. Het was nu uiteindelijk de facto toch wel erg veel Adobe met rieten bekapping. Wij kregen de indruk dat de Peruanen er zelf een ook een beetje mee omhoog zitten: “Wat moeten we er nu verder mee?” En “Hoe kunnen we dit nu interessant maken, zodat er meer toeristen op afkomen?”

Op de reis terug komen we in gesprek met een moeder en dochter uit Ayacucho. De moeder heet Merida. Als zij hoort dat wij Ayacucho nog gaan bezoeken, worden we meteen uitgenodigd. Een paar dagen voor aankomst even mailen, en dan zorgt zij wel voor een heel programma. Nou zijn wij Hollanders, en dus van “eerst zien en dan geloven”, en daarom wachten we eerst maar even af. In principe gaan we wel op dit soort aanbiedingen in. En dan zien we tegen die tijd wel in hoeverre dit aanbod realistisch is. En van de andere kant, misschien is dit wel weer het begin van een nieuw avontuur ........

2 Reacties

  1. Judith:
    12 juli 2016
    Mooi zeg! Wat een avontuur! ❤️
  2. Lucia:
    12 juli 2016
    Wat een mooie verhalen, en wat een mop met Yucatan haha!
    Mijn tip: vergeet je Hollandse nuchterheid, en ga in op haar uitnodiging. Een Qatari vriend zei een poosje terug tegen ons: pas als ik bij een local heb gegeten, voel ik me ergens thuis. Op reis zorgde hij er altijd voor dat hij bij een lokale werd uitgenodigd. Hij nodigde ook altijd gasten uit voor een maaltijd bij hem. Doen jullie ook Dorine en Zef. x